Situatie B: De printer configureren voor DSL
Als u een DSL-service hebt via uw telefoonmaatschappij en geen apparatuur op de printer aansluit,
volg dan de instructies in dit gedeelte om een DSL-filter aan te sluiten tussen de telefoonaansluiting
en de printer. Het DSL-filter verwijdert het digitale signaal dat de printer kan verstoren, zodat de
printer goed kan communiceren met de telefoonlijn. (DSL wordt in uw land/regio mogelijk ADSL
genoemd.)
OPMERKING: Als u over een DSL-lijn beschikt en u geen DSL-filter gebruikt, kunt u met de printer
geen faxberichten verzenden en ontvangen.
Afbeelding B-2 Achteraanzicht van de printer
1
Telefoonaansluiting op de wand
2
DSL-filter (of ADSL-filter) en het door de DSL-provider geleverde snoer
3
Gebruik het telefoonsnoer dat bij de printer is geleverd en verbind dit met de 1-LINE-poort.
U moet mogelijk het bijgeleverde telefoonsnoer aansluiten op de adapter voor uw land/regio.
De printer installeren met een DSL-lijn
1.
U kunt een DSL-filter aanschaffen bij uw DSL-provider.
2.
Gebruik het bij de printer geleverde telefoonsnoer om een verbinding te maken tussen de open
poort op de DSL-filter en de poort met het label 1-LINE op de achterzijde van de printer.
OPMERKING: U moet mogelijk het bijgeleverde telefoonsnoer aansluiten op de adapter voor
uw land/regio.
Als u niet het meegeleverde snoer gebruikt om het DSL-filter aan te sluiten op de printer, kunt u
mogelijk niet goed faxen. Dit speciale telefoonsnoer verschilt van de telefoonsnoeren die u
mogelijk thuis of op kantoor gebruikt.
Aangezien er slechts één telefoonsnoer wordt geleverd, hebt u voor deze installatie mogelijk
extra snoeren nodig.
3.
Maak met een extra telefoonsnoer een verbinding van de DSL-filter naar de wandcontactdoos.
4.
Voer een faxtest uit.
Als u problemen heeft met het installeren van extra apparatuur op de printer, neem dan contact op
met uw lokale serviceprovider of verkoper voor hulp.
192 Bijlage B Bijkomende faxinstallatie
NLWW